Kevin Maina: ‘Rechtvaardigheid is niet liefdadigheid, het is een morele verplichting’

Onderstaande tekst is een transcriptie en vertaling van de bijdrage van Kevin Maina tijdens onze Inspiratiewebinar 3 oktober 2024 in aanloop naar de Micha Zondag. Je kunt de bijdrage (in het engels) ook beluisteren als podcast.

Mijn naam is Maina Wanjau Kevin en ik kom uit Kenia, Afrika. Het thema van deze webinar, “Zien we het? Kijken door de ogen van de Maker,” nodigt ons uit om verborgen onrechtvaardigheden te ontdekken die in onze wereld bestaan.

Vandaag wil ik een aantal van deze onrechtvaardigheden belichten vanuit het perspectief van het mondiale Zuiden, met name Afrika. En altijd als ik over Afrika spreek, dan doe ik dat met passie, uit de wens om onze gedeelde droom van Afrika, ons thuis en onze toekomst, te verwezenlijken.

Verborgen onrechtvaardigheden worden vaak over het hoofd gezien, niet omdat ze onzichtbaar zijn, maar omdat ze genormaliseerd zijn door machten of machtsstructuren die er baat bij hebben. Eén van die hardnekkige vormen van onrecht is neokolonialisme, een subtiele maar sterke kracht die de onafhankelijkheid en welvaart van het mondiale Zuiden blijft ondermijnen.

Neokolonialisme: De onzichtbare ketenen

Ooit waren we zichtbaar fysiek geketend, nu niet meer. Nu is de afhankelijkheid onzichtbaar geworden.

Neokolonialisme, in tegenstelling tot historisch kolonialisme, vereist geen fysieke overheersing. In plaats daarvan werkt het via economische, politieke en culturele controle, waardoor het mondiale Zuiden afhankelijk blijft van het mondiale Noorden. Politiek gezien worden veel van onze landen nog steeds beïnvloed door het beleid en de voorwaarden die ons worden opgelegd door mondiale machten, vaak via internationale instellingen. Hoewel dit beleid wordt gepresenteerd als “ontwikkelingshulp”, bevoordeelt het vaak veel meer het mondiale Noorden dan het mondiale Zuiden.

Economisch gezien manifesteert neokolonialisme zich in oneerlijk handelsbeleid, financiële hulp met verborgen voorwaarden en een afhankelijkheid van buitenlands kapitaal. Deze mechanismen zorgen ervoor dat de welvaart die onze landen genereren grotendeels ten goede komt aan het mondiale Noorden. We zien dit in de manier waarop grondstoffen uit Afrikaanse landen worden gewonnen, elders worden verwerkt en tegen veel hogere prijzen aan ons worden terugverkocht. Dit economische model exploiteert niet alleen onze middelen en bronnen, maar maakt ons ook afhankelijk en kwetsbaar.

Dan is er nog het kennis-neokolonialisme: het idee dat het mondiale Noorden alle antwoorden heeft. Kennis en technologie stromen voornamelijk in één richting, waardoor onze eigen traditionele en inheemse kennis ondergewaardeerd en onderbenut blijft. Dit creëert een disbalans, waarbij onze verhalen en oplossingen zelden op wereldwijde platforms worden gehoord.

Milieu-onrecht: de disbalans van vervuiling

Een andere duidelijke verborgen onrechtvaardigheid is milieu-ongelijkheid. De klimaatcrisis is een wereldwijd probleem, maar wordt niet door iedereen in gelijke mate veroorzaakt. Historisch gezien is het mondiale Noorden verantwoordelijk voor het merendeel van de uitstoot van broeikasgassen – uitstoot die hun economische groei heeft aangewakkerd. Echter, de gevolgen van de veroorzaakte klimaatverandering worden vervolgens onevenredig zwaar door het mondiale Zuiden gedragen.

Voor ons in Afrika is klimaatverandering geen abstract probleem, het is hier en nu een realiteit. Steeds extremere weersomstandigheden zoals droogtes, overstromingen en dergelijke komen steeds vaker voor, verwoesten gemeenschappen en vernietigen hun levensmiddelen. Ondanks dat we het minst bijdragen aan de wereldwijde uitstoot, worden we geconfronteerd met de zwaarste gevolgen.

Deze disbalans is niet alleen op klimaatgebied; het is ook economisch. De middelen die nodig zijn om ons aan deze veranderingen aan te passen of de gevolgen ervan te verzachten, zijn grotendeels niet voor ons beschikbaar. Terwijl het mondiale Noorden zich maatregelen als zeeweringen, verbeterde infrastructuur en geavanceerde technologie kan veroorloven om met klimaatverandering om te gaan, worstelen wij in het mondiale Zuiden. Het ontbreekt ons aan financiële middelen om ons aan te passen en we blijven de prijs betalen voor vervuiling die we niet hebben veroorzaakt.

CO2-handel: een valse oplossing

Dan nog een ander dringend probleem: CO2-handel. Het wordt gepresenteerd als een oplossing voor klimaatverandering, maar we moeten onszelf afvragen: wiens oplossing is het eigenlijk? CO2-handel stelt landen, voornamelijk uit het mondiale Noorden, in staat om het recht te kopen om broeikasgassen te blijven uitstoten. Deze emissies worden vervolgens ‘gecompenseerd’ door het behouden of verbeteren van koolstofputten, zoals bossen, die zich grotendeels in het mondiale Zuiden bevinden.

Maar wat betekent dit voor ons? In wezen betekent het dat het mondiale Zuiden een stortplaats wordt – een koolstofput – zonder ooit de grondoorzaak van de emissies aan te pakken. CO2-handel geeft een licentie om te blijven vervuilen, vaak zonder de wereldwijde emissies echt te verminderen. Het is gunstig voor grote bedrijven en rijke landen, terwijl het de last van klimaatactie legt bij landen die al worstelen met armoede en ontwikkelingsuitdagingen.

Deze aanpak beperkt ook ons ​​vermogen om onze natuurlijke bronnen te gebruiken voor onze eigen ontwikkeling. Wanneer landoppervlakte wordt aangewezen als CO2-compensatieproject, betekent dit vaak dat lokale gemeenschappen dat land niet langer kunnen gebruiken voor landbouw of andere activiteiten voor levensonderhoud. Dit vergroot onze economische uitdagingen alleen maar.

Conclusie: Kijken door de ogen van de Maker

In conclusie, deze vormen van onrecht – neokolonialisme, milieu-ongelijkheid, en gebrekkige klimaatoplossingen zoals CO2-handel – moeten worden aangepakt als we echte klimaatrechtvaardigheid willen bereiken. Door de ogen van de Maker kijken betekent de onderlinge verbondenheid van de hele schepping erkennen. Het betekent de ongelijkheden zien die er zijn en begrijpen dat echte rechtvaardigheid inhoudt dat de lasten die onevenredig zwaar op de schouders van de meest kwetsbaren worden gelegd, moeten worden opgeheven.

Ik roep ons allemaal op, met name degenen in het mondiale Noorden, om kritisch te reflecteren op deze verborgen onrechtvaardigheden. Om ze aan te pakken is meer nodig dan financiële hulp of het compenseren van emissies; het vereist systemische verandering. Het vereist het versterken van de stemmen van degenen die het meest worden getroffen, het omarmen van inheemse kennis en het oprecht werken aan eerlijke oplossingen die mensen boven winst stellen.

Laten we onthouden dat klimaatrechtvaardigheid geen liefdadigheid is – het is een morele en ethische verplichting. Het is een oproep om in harmonie te leven met de hele schepping, zoals de Maker het bedoeld heeft.

Dank u voor uw tijd en mogen we deze reis naar rechtvaardigheid samen voortzetten.

Gerelateerd